Leukemie is een van de meest voorkomende vormen van kinderkanker.1 Naast chemotherapie is ook orale onderhoudsmedicatie een belangrijk onderdeel van de behandeling van leukemie bij kinderen. Orale antineoplastische middelen kunnen in de onderhoudsfase door de toedieningsvorm thuis worden ingenomen. Dat is prettig voor de jonge patiënten, maar of dit de behandeling ook ten goede komt, is onduidelijk. Onlangs zijn de resultaten van een Chinese studie gepubliceerd, waarin is onderzocht welke mate van therapietrouw er is tijdens de thuisbehandeling bij kinderen van acute leukemie.2
Orale medicatie speelt een belangrijke rol bij de onderhoudsbehandeling van kinderen met acute leukemie.3 Deze antikankermiddelen beïnvloeden namelijk het algehele effect van de behandeling, de behandelingsrespons en de kans op het plaatsvinden van een recidief. Uit een eerdere studie, gepubliceerd in Blood, is gebleken dat ongeveer een kwart van de adolescente patiënten met acute leukemie na het inzetten van de ziekteremissie hun onderhoudsbehandeling niet inneemt.4 Dezelfde studie toonde daarnaast aan dat een lagere therapietrouw gerelateerd is aan een hoger risico op een recidief. Meer inzicht in de mate van therapietrouw en factoren die bijdragen aan (een gebrek aan) therapietrouw kunnen wellicht helpen om de behandelingsuitkomsten van kinderen met leukemie te verbeteren.
In totaal werden 132 kinderen met acute leukemie, die behandeld werden in een tertiair pediatrisch ziekenhuis in de Chinese stad Chongqing, gevolgd voor het onderzoek. De therapietrouw van deze kinderen werd beoordeeld middels de ‘Morsky Medication Adherence Scale’ (MMAS-8)-vragenlijst en de ‘Self-efficacy for Appropriate Medication Use Scale’ (SEAMS)-vragenlijst. Daarbij kwamen ook verschillende factoren aan bod die invloed hebben op de therapietrouw. Een goede therapietrouw werd gedefinieerd als zijnde een score van 7 punten of meer bij het invullen van de MMAS-8-vragenlijst.
Bij slechts 54,55% van de patiënten werd een goede therapietrouw gezien (MMAS-8 ≥7), terwijl 50,76% van de patiënten een keer hun medicatie vergat in te nemen en 3,79% een keer een incorrecte dosis innam. De therapietrouw bleek voorspeld te kunnen worden op basis van de SEAMS-score, het beroep van de mantelzorgers en de leeftijd van de patiënt (p<0,05). Ook de kans op het missen van een dosis of het innemen van een incorrecte dosis was gerelateerd aan de SEAMS-score en aan de mate van geletterdheid van de mantelzorger. Specifiek kinderen wiens mantelzorgers als boer werkten, vertoonden een lagere therapietrouwheid. Daarnaast liepen kinderen jonger dan 3 jaar een hogere kans op een slechte therapietrouw. De kinderen van mantelzorgers wiens hoogste afgeronde opleiding op secundair niveau was, liepen het hoogste risico op het missen of incorrect innemen van een dosis van de onderhoudsbehandeling.
Slechts iets meer dan de helft van de pediatrische leukemiepatiënten vertoonde een goede therapietrouw bij de onderhoudsbehandeling thuis. Meer aandacht voor bepaalde groepen patiënten, zoals degenen met een lage SEARS-score of kinderen jonger dan 3 jaar kan de therapietrouw mogelijk verhogen. Verbeterde therapietrouw zorgt hopelijke voor gunstigere behandelingsuitkomsten bij kinderen met acute leukemie.
Referenties