Wanneer vrouwen willen starten met het gebruik van anticonceptiva moeten meerdere factoren in beschouwing worden genomen en worden bediscussieerd, waaronder het risico op veneuze trombo-embolie (VTE). In een review, gepubliceerd in Frontiers in Endocrinology, werden verscheidene strategieën besproken die zijn ingezet om het trombotische risico te beperken bij gecombineerde orale anticonceptiva (‘combined oral contraceptives’, COC’s), vanaf het moment dat COC’s op de markt kwamen tot nu.
Al snel nadat COC’s op de markt werden gebracht, werd gezien dat het gebruik van deze COC’s leidde tot een verhoogd risico op VTE. Oestrogeen (ofwel ethinylestradiol, EE) werd hierbij aangewezen als de voornaamste veroorzaker van dit verhoogd risico, waarna de dosering van EE significant verlaagd werd. Daarnaast werden nieuwe progestagenen gesynthetiseerd, zoals desogestrel en gestodeen. Vanwege de zwakke androgene activiteit van deze stoffen bleken deze echter niet geschikt voor het uitbalanceren van EE, zoals eerder wel lukte met progestagenen als levonorgestrel.
Studies naar de impact van estroprogestieve combinaties op hemostase toonden aan dat vrouwen die COC’s gebruikten, last hadden van resistentie tegen geactiveerd proteïne C (‘activated protein C’, APC). In vernieuwde richtlijnen van de EMA over klinische onderzoeken naar steroïde anticonceptiva werd daarna aanbevolen om APC als biologische marker mee te nemen. Vervolgens zijn in 2009 COC’s op de markt gebracht die estradiol bevatten, een natuurlijke vorm van oestrogeen. Dit molecuul bleek echter in mindere mate de synthese van proteïnen in de lever te beïnvloeden, vergeleken met EE. In 2021 is een nieuwe COC uitgebracht gebaseerd op het lichaamseigen oestrogeen, estetrol. Vergeleken met andere drospirenon-bevattende COC’s bleek estetrol minder effect te hebben op stollingsproteïnen.
De huidige zorgstandaard omtrent het starten met orale anticonceptiva bestaat meestal uit het bepalen of een patiënt belast is met erfelijke VTE, op basis van familiegeschiedenis. Deze strategie blijkt echter slecht voorspellend voor genetische trombofilie. Een mogelijke wijze om hier mee om te gaan is het vooraf uitvoeren van een screening van de protrombotische status. Op basis daarvan kan dan een adequate keuze gemaakt worden voor een bepaald type anticonceptiva. Deze strategie werd echter veelal te duur geacht. Een interessant alternatief zou het inzetten van een endogeen trombinepotentieel-gebaseerde APC-weerstandsassay kunnen zijn. Het laatste woord is hierover nog niet gesproken.