NTVH - 2015, nummer 1, january 2015
dr. A.W. Rijneveld , prof. dr. J.J. Cornelissen
Patiënten met recidief B-cel acute lymfatische leukemie (B-ALL) hebben een slechte prognose. Behandeling met inotuzumab ozogamicine (IO) is een nieuwe, veelbelovende benadering, uitgaande van een anti-CD22- monoklonaal, waaraan het cytostaticum calicheamicine wordt gekoppeld. Na voorbereidende fase 2-studies is een fase 3-studie van start gegaan, waarin patiënten met een recidief CD22-positieve B-ALL kunnen worden behandeld met IO of met hoge dosis cytarabine. Het Erasmus Medisch Centrum participeert in deze wereldwijde studie, waarvoor patiënten vanuit Nederland kunnen worden doorverwezen. U kunt dan contact opnemen met Anita Rijneveld of Jan Cornelissen.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2015;12:34–7)
Lees verderNTVH - 2014, nummer 3, april 2014
dr. A.W. Rijneveld , dr. S.M.G.J. Daenen , prof. dr. J.J. Cornelissen
Elk jaar krijgen ongeveer 200 mensen acute lymfatische leukemie (ALL) in Nederland. De ziekte kan zich op elke leeftijd openbaren, maar komt vooral voor op de kinderleeftijd. Het aantal volwassenen en zelfs ouderen met ALL stijgt echter de laatste jaren, zonder aanwijsbare oorzaak. Genezing wordt bij ruim 85% van de kinderen bereikt, terwijl slechts 50% van de volwassenen een langdurige overleving kent. De overlevingskansen van volwassenen met ALL zijn de laatste jaren verbeterd door meer intensieve behandelprotocollen die vergelijkbaar zijn met de protocollen bij kinderen. De HOVON-studiegroep heeft 2 fase II-studies uitgevoerd (HOVON 70 voor jongvolwassenen en HOVON 71 voor patiënten ouder dan 40 jaar) om de haalbaarheid van een dergelijke aanpak bij volwassenen te beoordelen. Met deze behandeling behaalde meer dan 85% van de patiënten complete remissie. Dit ging echter gepaard met veel toxiciteit, die vooral werd veroorzaakt door infecties. De overleving na 6 jaar was respectievelijk 56% en 34% in de HOVON 70 en 71, die een duidelijke verbetering betekent ten opzichte van de voorgaande resultaten. De huidige ALL-studie bij volwassenen, de HOVON 100, is gebaseerd op deze studies en onderzoekt of de toevoeging van clofarabine aan deze meer intensieve chemotherapie de resultaten verder verbetert.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2014;11:124–30)
Lees verderNTVH - 2013, nummer 6, september 2013
dr. A.W. Rijneveld , prof. dr. J.J. Cornelissen
De huidige intensieve behandeling van volwassenen met een acute lymfatische leukemie (ALL) leidt bij ongeveer 85% van de patiënten tot een complete remissie en 50% heeft een langdurige overleving. Als patiënten een recidief van leukemie ontwikkelen, is de overleving zeer slecht: <10%. Deze feiten tonen het grote belang aan van het voorkómen van een recidief. Recentelijk zijn verschillende nieuwe middelen beschikbaar gekomen die in de eerste of de tweede lijn worden onderzocht. In verschillende fase I-II-studies bij kinderen en/of volwassenen is activiteit aangetoond van clofarabine bij B- en T-ALL en van nelarabine bij T-ALL. Doelgerichte therapie met behulp van monoklonale antilichamen tegen oppervlaktemarkers van ALL-cellen (CD19, CD20 en CD22) tonen veelbelovende resultaten. In dit artikel wordt ingegaan op de resultaten van clofarabine, nelarabine en monoklonale antilichaamtherapie (rituximab, blinatumomab en inotuzumab ozogamicine) bij patiënten met ALL.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2013;10:226–32)
Lees verderNTVH - 2012, nummer 8, december 2012
dr. A.W. Rijneveld , prof. dr. J.J. Cornelissen
Indien na behandeling van een acute lymfatische leukemie (ALL) er nog minimale restziekte aantoonbaar is, is dit vaak geassocieerd met een slechte overleving. Patiënten met een recidief ALL hebben een nog slechtere prognose. Blinatumomab is een bispecifiek antilichaam dat B- en T-cellen met elkaar linkt, wat resulteert in een T-celactivatie en een cytotoxische respons gericht tegen CD19-positieve leukemiecellen. Patiënten met een recidief B-ALL die een re-inductiebehandeling hebben gehad en een complete hematologische remissie hebben bereikt, maar waar nog minimale restziekte aantoonbaar is door middel van moleculaire analyse, kunnen worden geïncludeerd in de BLAST-trial. Zij worden dan behandeld met blinatumomab. Indien zij in aanmerking komen voor allogene stamceltransplantatie kunnen zij na 1 tot 4 cycli hiermee doorgaan. Als zij niet in aanmerking komen voor allogene stamceltransplantatie worden in het totaal 4 cycli gegeven. Indien u een geschikte patiënt heeft, neem dan voor start van de behandeling van de recidief B-ALL contact op met Jan Cornelissen of Anita Rijneveld in het Erasmus MC, Rotterdam.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2012;9:339–42)
Lees verderTo provide the best experiences, we and our partners use technologies like cookies to store and/or access device information. Consenting to these technologies will allow us and our partners to process personal data such as browsing behavior or unique IDs on this site and show (non-) personalized ads. Not consenting or withdrawing consent, may adversely affect certain features and functions.
Click below to consent to the above or make granular choices. Your choices will be applied to this site only. You can change your settings at any time, including withdrawing your consent, by using the toggles on the Cookie Policy, or by clicking on the manage consent button at the bottom of the screen.