NTVH - 2017, nummer 2, march 2017
prof. dr. F.W.G. Leebeek
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2017;14:75–6)
Lees verderNTVH - 2017, nummer 1, january 2017
prof. dr. K. Meijer , dr. M.J.H.A. Kruip , dr. E. Coppens , prof. dr. P.W. Kamphuisen , prof. dr. F.W.G. Leebeek , prof. dr. S. Middeldorp , dr. R. Vink , dr. H.V. Huisman
Recent is de nieuwe richtlijn ‘Antitrombotisch beleid’ gepubliceerd (www.richtlijnendatabase.nl/richtlijn/anti-trombotisch_beleid). Deze richtlijn omvat herzieningen van de onderwerpen preventie en behandeling van veneuze trombo-embolie (VTE) van de CBO-richtlijn ‘Diagnostiek, preventie en behandeling van veneuze trombo-embolie en secundaire preventie arteriële trombose’ uit 2009.1 In dit artikel staan de belangrijkste veranderingen in de nieuwe richtlijn, vanuit het perspectief van de hematoloog. Dit zijn onder andere een voorkeur voor directe orale anticoagulantia (DOAC’s) boven vitamine-K-antagonisten (VKA) voor de behandeling van veneuze trombo-embolie, overwegen van langdurige antistolling voor de meerderheid van patiënten met een eerste idiopathische (of niet-uitgelokte) VTE en minder vaak perioperatieve overbrugging van VKA.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2017;14:3–12)
Lees verderNTVH - 2016, nummer 6, september 2016
drs. L.M. Schütte , dr. R.M. van Hest , prof. dr. E.A.M. Beckers , dr. E. Coppens , dr. M.H.E. Driessens , prof. dr. H.J.C. Eikenboom , prof. dr. K. Fijnvandraat , dr. B.A.P. Laros-van Gorkom , dr. E.P. Mauser-Bunschoten , prof. dr. K. Meijer , dr. L. Nieuwenhuizen , dr. S. Polinder , prof. dr. F.W.G. Leebeek , dr. M.H. Cnossen , dr. M.J.H.A. Kruip , prof. dr. R.A.A. Mathôt
De huidige behandeling van hemofilie-A-patiënten rondom operaties bestaat uit het toedienen van factor VIIIconcentraat (FVIII-concentraat) of van DDAVP om het gehalte van FVIII te normaliseren. In 2016 is de DAVIDstudie gestart. In deze studie wordt de combinatiebehandeling van DDAVP en FVIII-concentraat geëvalueerd bij milde hemofilie-A-patiënten rondom operaties. Om binnen de perioperatieve streefwaarden voor FVIII te blijven, zal er tevens gebruik worden gemaakt van farmacokinetisch (PK) gestuurd doseren. Hierdoor wordt het goedkopere DDAVP optimaal gebruikt, wat kan leiden tot vermindering van de behandelkosten. Mogelijk wordt hiermee tevens het risico op de ontwikkeling van remmers tegen FVIII verminderd, aangezien FVIIIconcentraat minder hoog wordt gedoseerd door de combinatiebehandeling.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2016;13:246-9)
Lees verderNTVH - 2016, nummer 2, march 2016
drs. S.C.M. Stoof , drs. H.W. van Steenbergen , A. Zwagemaker , dr. Y.V. Sanders , dr. S.C. Cannegieter , dr. J.J. Duvekot , prof. dr. F.W.G. Leebeek , dr. M. Peters , dr. M.J.H.A. Kruip , prof. dr. H.J.C. Eikenboom
Zwangere vrouwen met bloedingsziekten behoeven specialistische zorg om een postpartumbloeding (PPH) te voorkomen. In internationale richtlijnen wordt geadviseerd profylactisch stollingsfactorconcentraat te geven bij de partus indien stollingsfactorwaarden <0,50 IU/ml zijn in het derde trimester. De optimale dosis en duur van de behandeling is echter onbekend. Het doel van onze studie was om de uitkomsten van het huidige beleid te bestuderen bij vrouwen met vonwillebrandziekte (VWZ) of dragerschap van hemofilie. Er zijn retrospectief 185 bevallingen bij 154 vrouwen geïncludeerd tussen 2002–2011. Er is informatie verzameld over bloedverlies, kenmerken van de bloedingsziekte en obstetrische risicofactoren. De uitkomst was het optreden van primaire PPH, gedefinieerd als ≥500 ml bloedverlies binnen 24 uur postpartum en ernstige PPH als ≥1.000 ml bloedverlies. Primaire PPH trad op bij 62 bevallingen (34%), waarvan 14 (8%) resulteerden in ernstige PPH. Bij 26 bevallingen is er profylactisch stollingsfactorconcentraat gegeven, omdat de stollingsfactorwaarden <0,50 IU/ml waren in het derde trimester, waarvan er 14 (54%) resulteerden in PPH. Er bleek een verhoogd risico te zijn op primaire PPH bij bevallingen die profylactisch stollingsfactorconcentraat kregen in vergelijking met bevallingen zonder profylactische behandeling (OR 2,7, 95%-BI 1,2–6,3). Concluderend was de primaire PPH-incidentie het hoogste bij bevallingen met de laagste stollingsfactorwaarden in het derde trimester, ondanks profylactische toediening van stollingsfactoren. Op dit moment is de specialistische zorg van vrouwen met bloedingsziekten onvoldoende gezien de hoge incidentie van PPH. Verdere studies zijn nodig om het bevallingsbeleid te optimaliseren in deze patiëntenpopulatie.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2016;13:49–56)
Lees verderTo provide the best experiences, we and our partners use technologies like cookies to store and/or access device information. Consenting to these technologies will allow us and our partners to process personal data such as browsing behavior or unique IDs on this site and show (non-) personalized ads. Not consenting or withdrawing consent, may adversely affect certain features and functions.
Click below to consent to the above or make granular choices. Your choices will be applied to this site only. You can change your settings at any time, including withdrawing your consent, by using the toggles on the Cookie Policy, or by clicking on the manage consent button at the bottom of the screen.