Articles

Samenvatting van de Nederlandse richtlijn voor de diagnostiek, behandeling en follow-up van systemische AL-amyloïdose

NTVH - 2021, nummer 2, march 2021

drs. L.A.W. Abbink , dr. A. Broijl , dr. W.W.H. Roeloffzen , dr. I.S. Nijhof , dr. H.L.A. Nienhuis , dr. S. Oerlemans , prof. dr. M.C. Minnema

SAMENVATTING

Recentelijk is de ‘Richtlijn voor de diagnostiek, behandeling en follow-up van ‘amyloïd light chain’-amyloïdose’ opgesteld door de HOVON-werkgroep Multipel Myeloom met aanvullingen vanuit andere betrokken disciplines. De richtlijn bevat aanbevelingen en instructies ter ondersteuning van de dagelijkse praktijk van diagnostiek en behandeling van volwassen AL-amyloïdosepatiënten. Het document is zo veel mogelijk gebaseerd op de resultaten van wetenschappelijk onderzoek en aangevuld met expert- of consensus-opinies. Meer kennis over de diagnostiek en behandeling is belangrijk voor betere kwaliteit van zorg van patiënten met deze zeldzame ziekte.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2021;18:77-85)

Lees verder

Wijzigingen in de richtlijn ‘Behandeling multipel myeloom 2018’

NTVH - 2018, nummer 3, april 2018

prof. dr. S. Zweegman , dr. N.W.C.J. van de Donk , dr. M.D. Levin , prof. dr. G.M.J. Bos , dr. P.F. Ypma , dr. E. de Waal , prof. dr. M.J. Kersten , dr. S.A.J. Croockewit , dr. C.W. Choi , dr. S.K. Klein , dr. P.A. von dem Borne , dr. A. Broyl , dr. I.S. Nijhof , prof. dr. M.C. Minnema , prof. dr. P. Sonneveld

SAMENVATTING

Recentelijk verscheen de richtlijn ‘Behandeling multipel myeloom 2018’. Hierna vindt u de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de richtlijn uit 2015. Deze betreffen de initiële behandeling van patiënten die in aanmerking komen voor een autologe stamceltransplantatie, de initiële behandeling van patiënten die niet in aanmerking komen voor een autologe stamceltransplantatie en de patiënten met een recidief van de ziekte. De wijzigingen zijn gebaseerd op nieuwe klinische gegevens die beschikbaar zijn gekomen uit gerandomiseerde fase 3-studies. De meest recente versie van de gehele richtlijn is te vinden op de websites van zowel de NVvH als HOVON. De richtlijn wordt per module aangepast. De verwachting is dat dit in de komende maanden reeds zal gebeuren, aangezien op korte termijn diverse behandelcombinaties worden geregistreerd en hopelijk ook beschikbaar zullen komen. Deze samenvatting betreft de patiënten die niet in studieverband kunnen worden behandeld. Te allen tijde geldt dat behandeling binnen studieverband de voorkeur verdient.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2018;15:108–14)

Lees verder

Nieuwe behandelopties bij R/R Multipel Myeloom

NTVH - 2017, nummer 9, april 2017

dr. I.S. Nijhof

Lees verder

Nieuwe behandelstrategieën voor het recidief en therapieresistent multipel myeloom

NTVH - 2017, nummer 2, march 2017

dr. I.S. Nijhof , dr. N.W.C.J. van de Donk , dr. T. Mutis , prof. dr. H.M. Lokhorst

SAMENVATTING

Op 17 november 2016 promoveerde mw. drs. I.S. Nijhof aan de Universiteit van Utrecht op haar promotie-onderzoek, getiteld ‘Beyond the horizon- New treatment strategies for relapsed/refractory multiple myeloma’, onder begeleiding van promotor prof. dr. H.M. Lokhorst en co-promotores dr. T. Mutis en dr. N.W.C.J. van de Donk. Hieronder zijn de belangrijkste bevindingen van het onderzoek weergegeven. Dr. I.S. Nijhof heeft tijdens het Dutch Hematology Congress in Papendal op donderdag 26 januari 2017 het Jaap Steenbergen Stipendum voor het beste proefschrift van 2016 gewonnen.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2017;14:98–102)

Lees verder

Daratumumab in de dagelijkse praktijk

NTVH - 2016, nummer 4, june 2016

dr. N.W.C.J. van de Donk , prof. dr. P. Sonneveld , prof. dr. M.C. Minnema , L. Nieuwenhuis , Y.M. den Hartog , P.W.C. Bosman , dr. T. Mutis , dr. I.S. Nijhof , dr. H.G. Otten , dr. A.C. Bloem , dr. J. Slomp , dr. K.M.K. de Vooght , N. Som , dr. J.F.M. Jacobs , prof. dr. S. Zweegman , prof. dr. H.M. Lokhorst

Samenvatting

Daratumumab is een antistof gericht tegen CD38, dat sterk tot expressie komt op multipel myeloom (MM)-cellen. Twee monotherapiestudies lieten goede klinische responsen zien van daratumumab bij uitvoerig voorbehandelde patiënten, waarbij daratumumab goed werd verdragen. De meest voorkomende bijwerking is het optreden van infusiereacties (ongeveer 50% van de patiënten; meestal alleen bij de eerste infusie en meestal graad 1 of 2). Het belangrijkste bij een infusiereactie is om tijdig de daratumumab infusie te stoppen, zodat de klachten niet escaleren. Verder interfereert daratumumab als anti-CD38-antistof met de M-proteïnebepaling en met het routine bloedtransfusiecompatibileitsonderzoek. In dit artikel zijn verschillende tactieken beschreven om deze problemen in de dagelijkse praktijk aan te pakken.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2016;13:123–30)

Lees verder

De REPEAT-studie: een fase I- en fase II-studie naar de behandeling van het lenalidomide-refractair recidief multipel myeloom met lenalidomide gecombineerd met cyclofosfamide en prednison

NTVH - 2013, nummer 3, april 2013

dr. I.S. Nijhof , prof. dr. S. Zweegman , dr. A. Beeker , dr. A.C. Bloem , prof. dr. G.M.J. Bos , dr. L.M. Faber , B. van Kessel , dr. S.K. Klein , dr. H.R. Koene , dr. E.J.F.M. de Kruijf , dr. M.D. Levin , dr. T. Mutis , dr. E. van der Spek , dr. S. Wittebol , prof. dr. P. Sonneveld , prof. dr. H.M. Lokhorst , dr. N.W.C.J. van de Donk

Samenvatting

Hoewel de overleving van patiënten met een multipel myeloom (MM) de laatste jaren aanzienlijk is verbeterd, ontwikkelt toch de overgrote meerderheid van de patiënten na verloop van tijd een recidief. Op dit moment ontbreekt een standaardbehandeling van lenalidomide- en bortezomib-refractaire patiënten. Een retrospectieve studie bij 14 lenalidomide-refractaire patiënten, die op 1 na (93%) ook allemaal bortezomib hebben gehad, liet veelbelovende resultaten zien van lenalidomide gecombineerd met continu laag gedoseerd cyclofosfamide en prednison (REP). Hieruit is de REPEAT-studie voortgekomen, een fase I/II-studie bij myeloompatiënten met een lenalidomide-refractair recidief. In het fase I-gedeelte wordt de haalbaarheid van het REP-schema op 5 dosisniveaus bestudeerd. Op basis van toxiciteit wordt het optimale dosisniveau voor deze middelen bepaald. Vervolgens wordt een fase II-onderzoek uitgevoerd, waarin de vastgestelde dosiscombinatie uit fase I wordt beoordeeld op effectiviteit en toxiciteit.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2013;10:109–13)

Lees verder