Articles

Een patiënt met chronische myeloïde leukemie presenterend in gevorderd ziektestadium met diverse klinische, cytogenetische en moleculaire epifenomenen

NTVH - 2016, nummer 4, june 2016

drs. I.G.P. Geelen , prof. dr. J.J. Cornelissen , dr. P.A.W. te Boekhorst , drs. S.A.S. van der Bent , prof. dr. P.J.M. Valk , dr. H.B. Beverloo , drs. L. Makkus , dr. P.E. Westerweel

Samenvatting

Deze casus betreft een 54-jarige man met B-symptomen, opvallende huidafwijkingen en een leukocytose met 23% basofielen en myeloïde voorlopers, waaronder 21% blasten. De diagnose chronische myeloïde leukemie (CML) in blastenfase werd gesteld. Hierbij was sprake van een leukemische huidinfiltratie, ‘major route’ additionele cytogenetische afwijkingen in verschillende subklonen, EVI1 overexpressie en een mutatie in RUNX1. Met tyrosinekinaseremmer-monotherapie werd een snelle en diepe remissie geïnduceerd, waarna de patiënt een allogene stamceltransplantatie kon ondergaan. In dit artikel bespreken wij de betekenis van de genoemde epifenomenen bij CML in gevorderd ziektestadium en therapeutische overwegingen.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2016;13:143–8)

Lees verder

HOVON 117: een observationele fase 2-studie voor patiënten ouder dan 60 jaar met acute lymfatische leukemie

NTVH - 2016, nummer 1, january 2016

dr. A.W. Rijneveld , prof. dr. J.J. Cornelissen

Samenvatting

Dit artikel beschrijft de start van de internationale HOVON 117-studie in samenwerking met UCL Cancer Trials Center in het Verenigd Koninkrijk. De behandeling van patiënten met acute lymfatische leukemie (ALL) is de laatste decaden sterk verbeterd. De huidige overleving voor kinderen is meer dan 90% op de langere termijn. De behandeling van volwassenen met ALL is ook verbeterd de laatste jaren, maar heeft minder indrukwekkende resultaten laten zien met een huidige overleving op de lange termijn van ongeveer 50%. Recentelijk publiceerden Pulte et al. in een ‘populationbased’ studie dat volwassen patiënten die ouder zijn dan 60 jaar geen verbetering laten zien. Ook in Nederland hebben wij met behulp van het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) gekeken naar de langetermijnoverleving in een ‘population-based’ studie. Die bevestigt de conclusies van bovengenoemde Amerikaanse/Duitse studie. Om deze uitkomsten te kunnen verbeteren zijn nieuwe behandelingsmodaliteiten en/of middelen nodig. Voor patiënten ouder dan 60 jaar met ALL is echter geen uniforme behandeling gedefinieerd. Daarom is deze observationele HOVON 117-studie, met als hoofdonderzoeker Cancer Research UK en UCL Clinical Trials Center, belangrijk om te komen tot een veilige en gestandaardiseerde eerstelijnsbehandeling voor patiënten ouder dan 60 jaar.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2016;13:32-6)

Lees verder

INOVATE-studie: een gerandomiseerde fase 3-studie waarin inotuzumab ozogamicine wordt vergeleken met hoge dosis cytarabine bij volwassenen met een recidief CD22-positieve B-ALL

NTVH - 2015, nummer 1, january 2015

dr. A.W. Rijneveld , prof. dr. J.J. Cornelissen

SAMENVATTING

Patiënten met recidief B-cel acute lymfatische leukemie (B-ALL) hebben een slechte prognose. Behandeling met inotuzumab ozogamicine (IO) is een nieuwe, veelbelovende benadering, uitgaande van een anti-CD22- monoklonaal, waaraan het cytostaticum calicheamicine wordt gekoppeld. Na voorbereidende fase 2-studies is een fase 3-studie van start gegaan, waarin patiënten met een recidief CD22-positieve B-ALL kunnen worden behandeld met IO of met hoge dosis cytarabine. Het Erasmus Medisch Centrum participeert in deze wereldwijde studie, waarvoor patiënten vanuit Nederland kunnen worden doorverwezen. U kunt dan contact opnemen met Anita Rijneveld of Jan Cornelissen.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2015;12:34–7)

Lees verder

Richtlijnen voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie anno 2014

NTVH - 2014, nummer 5, july 2014

dr. J.J.W.M. Janssen , prof. dr. J.J. Cornelissen , dr. W.E.F.M. Posthuma , prof. dr. J.H.F. Falkenburg , prof. dr. B.J. Biemond , prof. dr. G.M.J. Bos , dr. E.J. Petersen , dr. A.V.M.B. Schattenberg , dr. W.M. Smit , prof. dr. G.E.G. Verhoef , prof. dr. E. Vellenga , dr. P.E. Westerweel , prof. dr. G.J. Ossenkoppele

Samenvatting

In dit artikel worden de meest recente ontwikkelingen bij de behandeling van chronische myeloïde leukemie besproken. Nieuwe gegevens betreffende effectiviteit en bijwerkingen van de verschillende tyrosinekinaseremmers worden samengevat. Tevens worden adviezen gegeven voor behandeling en monitoring van de ziekte.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2014;11:185–98)

Lees verder

Acute lymfatische leukemie: is meer ook beter?

NTVH - 2014, nummer 3, april 2014

dr. A.W. Rijneveld , dr. S.M.G.J. Daenen , prof. dr. J.J. Cornelissen

Samenvatting

Elk jaar krijgen ongeveer 200 mensen acute lymfatische leukemie (ALL) in Nederland. De ziekte kan zich op elke leeftijd openbaren, maar komt vooral voor op de kinderleeftijd. Het aantal volwassenen en zelfs ouderen met ALL stijgt echter de laatste jaren, zonder aanwijsbare oorzaak. Genezing wordt bij ruim 85% van de kinderen bereikt, terwijl slechts 50% van de volwassenen een langdurige overleving kent. De overlevingskansen van volwassenen met ALL zijn de laatste jaren verbeterd door meer intensieve behandelprotocollen die vergelijkbaar zijn met de protocollen bij kinderen. De HOVON-studiegroep heeft 2 fase II-studies uitgevoerd (HOVON 70 voor jongvolwassenen en HOVON 71 voor patiënten ouder dan 40 jaar) om de haalbaarheid van een dergelijke aanpak bij volwassenen te beoordelen. Met deze behandeling behaalde meer dan 85% van de patiënten complete remissie. Dit ging echter gepaard met veel toxiciteit, die vooral werd veroorzaakt door infecties. De overleving na 6 jaar was respectievelijk 56% en 34% in de HOVON 70 en 71, die een duidelijke verbetering betekent ten opzichte van de voorgaande resultaten. De huidige ALL-studie bij volwassenen, de HOVON 100, is gebaseerd op deze studies en onderzoekt of de toevoeging van clofarabine aan deze meer intensieve chemotherapie de resultaten verder verbetert.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2014;11:124–30)

Lees verder

Hoge dosis imatinib versus hoge dosis imatinib in combinatie met intermediaire dosis cytarabine bij patiënten met nieuw gediagnosticeerde chronische myeloïde leukemie:

NTVH - 2014, nummer 3, april 2014

dr. N. Thielen , dr. B. van der Holt , prof. dr. G.E.G. Verhoef , R.A.H.M. Ammerlaan , prof. dr. P. Sonneveld , dr. J.J.W.M. Janssen , dr. W. Deenik , prof. dr. J.H.F. Falkenburg , prof. dr. M.J. Kersten , dr. H.A.M. Sinnige , dr. M.R. Schipperus , dr. A.V.M.B. Schattenberg , dr. M. van Marwijk Kooy , dr. W.M. Smit , I.W.T. Chu , prof. dr. P.J.M. Valk , prof. dr. G.J. Ossenkoppele , prof. dr. J.J. Cornelissen

Samenvatting

Ondanks de revolutionaire verbetering van de prognose van chronische myeloïde leukemie (CML) sinds de introductie van imatinib zijn er nog steeds patiënten met resistente ziekte. In deze multicentrum, gerandomiseerde fase III-studie werd onderzocht of toevoeging van intermediaire dosis cytarabine aan hoge dosis imatinib in vergelijking met hoge dosis imatinib alleen, de ‘major’ moleculaire respons (MMR) verbetert bij nieuw gediagnosticeerde CML-patiënten. De studie werd voortijdig gesloten vanwege teruglopende patiënteninclusie ten gevolge van de introductie van tweedegeneratie-tyrosinekinaseremmers en slechts een derde van de initieel vereiste patiënten werd geïncludeerd. Honderdnegen patiënten tussen 18 en 65 jaar werden gerandomiseerd tussen monotherapie met imatinib 800 mg (n=55) of imatinib 800 mg met toevoeging van 2 opeenvolgende cycli cytarabine 200 mg/m2, ieder gedurende 7 dagen (n=54). Na een mediane follow-up van 41 maanden volgde 67% van de patiënten nog steeds het studieprotocol. Het MMR-percentage na 12 maanden was 56% in de imatinib-groep en 48% in de combinatiegroep (p=0,39). Progressievrije overleving was 96% na 1 jaar en 89% na 4 jaar. De algehele vierjaarsoverleving was 97%. Bijwerkingen van graad 3 en 4 kwamen meer voor in de combinatiegroep. De toevoeging van intermediaire dosis cytarabine aan imatinib leidde niet tot een betere MMR na 12 maanden. De te lage ‘power’ van de studie belet ons echter om definitieve conclusies te trekken. Deze studie is geregistreerd op www.trialregister.nl (NTR674) en werd eerder gepubliceerd in Annals of Hematology 2013;92: 1049–56.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2014;11:113–23)

Lees verder

Acute lymfatische leukemie: nieuwe behandelingsmogelijkheden

NTVH - 2013, nummer 6, september 2013

dr. A.W. Rijneveld , prof. dr. J.J. Cornelissen

Samenvatting

De huidige intensieve behandeling van volwassenen met een acute lymfatische leukemie (ALL) leidt bij ongeveer 85% van de patiënten tot een complete remissie en 50% heeft een langdurige overleving. Als patiënten een recidief van leukemie ontwikkelen, is de overleving zeer slecht: <10%. Deze feiten tonen het grote belang aan van het voorkómen van een recidief. Recentelijk zijn verschillende nieuwe middelen beschikbaar gekomen die in de eerste of de tweede lijn worden onderzocht. In verschillende fase I-II-studies bij kinderen en/of volwassenen is activiteit aangetoond van clofarabine bij B- en T-ALL en van nelarabine bij T-ALL. Doelgerichte therapie met behulp van monoklonale antilichamen tegen oppervlaktemarkers van ALL-cellen (CD19, CD20 en CD22) tonen veelbelovende resultaten. In dit artikel wordt ingegaan op de resultaten van clofarabine, nelarabine en monoklonale antilichaamtherapie (rituximab, blinatumomab en inotuzumab ozogamicine) bij patiënten met ALL.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2013;10:226–32)

Lees verder