Articles

Carbapenems en valproïnezuur: een interactie om te onthouden

NTVH - 2015, nummer 7, october 2015

drs. S. Schol-Gelok , dr. J.K. Doorduijn , dr. J.E.C. Bromberg , dr. B.J.A. Rijnders , dr. P.M.L.A. van den Bemt , prof. dr. T. van Gelder

Samenvatting

Carbapenems zijn binnen de hematologie geliefd vanwege het brede spectrum. Het is echter relatief onbekend dat het voorschrijven van deze antibioticagroep tot een sterke daling van de valproïnezuurspiegel leidt. Ondanks het verhogen van de dosis valproïnezuur blijven de spiegels vaak subtherapeutisch. De combinatie dient daarom te worden vermeden. In deze casus en ‘case series’ bespreken wij de handelswijze in de praktijk. Aan de hand hiervan geven wij praktische aanbevelingen hoe om te gaan met deze interactie.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2015;12:259–64)

Lees verder

Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van chronische lymfatische leukemie/kleincellig lymfocytair lymfoom

NTVH - 2015, nummer 6, september 2015

dr. S. Kersting , dr. M.D. Levin , dr. M.E.D. Chamuleau , dr. S.M.G.J. Daenen , dr. E.C. Dompeling , dr. J.K. Doorduijn , dr. M. van Gelder , dr. M. Hoogendoorn , dr. J.M. Kerst , dr. M. Nijland , dr. M.R. Nijziel , dr. W.E.F.M. Posthuma , dr. R.A.P. Raymakers , dr. M.R. Schaafsma , drs. M.H. Silbermann , dr. H.M. van der Straaten , prof. dr. J.H. Veelken , dr. J.M.I. Vos , dr. S. Wittebol , prof. dr. M.H.J. van Oers , prof. dr. A.P. Kater

Samenvatting

In dit artikel worden de meest recente ontwikkelingen bij de behandeling van chronische lymfatische leukemie besproken. De huidige HOVON (‘associated’) studies worden besproken. Tevens worden adviezen gegeven voor diagnostiek en aanvullend onderzoek, keuze van behandeling en indicatie voor kinaseremmers.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2015;12:205–16)

Lees verder

Het mantelcellymfoom: een ziekte met een toekomst

NTVH - 2015, nummer 1, january 2015

prof. dr. J.C. Kluin-Nelemans , dr. J.K. Doorduijn

SAMENVATTING

De laatste decade is de prognose van patiënten met een mantelcellymfoom sterk verbeterd, met name dankzij het feit dat veel patiënten in klinische studies zijn behandeld. In het onderstaande artikel wordt een overzicht gegeven van de huidige standaardbehandeling van jongere en oudere patiënten met dit type lymfoom. Voor jongeren geldt dat R-CHOP, al dan niet afgewisseld met of gevolgd door hoge dosis cytarabine, waarna autologe stamceltransplantatie de beste therapie lijkt te zijn. Ouderen, dat wil zeggen, patiënten die niet geschikt zijn voor autologe stamceltransplantatie, laten de beste resultaten zien na 8 R-CHOP-kuren gevolgd door onderhoudsbehandeling met rituximab. Eind 2014/begin 2015 zullen nieuwe fase 3-studies starten binnen het Europese Mantelcellymfoom Netwerk voor zowel jongere als oudere patiënten. De HOVON-lymfoomgroep heeft de intentie uitgesproken met beide studies mee te doen. Aangezien mantelcellymfoom tot nu toe zeer frequent recidiveert, wordt ten slotte ruim aandacht besteed aan recidiefbehandelingen, waarbij vanzelfsprekend de nieuwere middelen zoals bendamustine en ibrutinib aandacht krijgen.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2015;12:3–10)

Lees verder

HOVON 110: ReBeL-studie: een gerandomiseerde fase I/II-studie naar de effectiviteit en veiligheid van behandeling met lenalidomide en rituximab, met of zonder bendamustine, bij volwassen patiënten met recidief folliculair lymfoom

NTVH - 2012, nummer 2, march 2012

prof. dr. M.J. Kersten , dr. J.K. Doorduijn , prof. dr. D. de Jong , dr. J.M. Zijlstra , drs. W. Ghidey , M. Spiering , M. Steijaert , I. Meulendijks , prof. dr. A. Hagenbeek

Samenvatting

Hoewel de overleving van patiënten met folliculair lymfoom de laatste jaren aanzienlijk is verbeterd, zijn er tot op heden geen curatieve mogelijkheden. De standaardbehandeling in de eerste lijn bestaat uit immuunchemotherapie, in Nederland meestal rituximab (R) in combinatie met CVP (cyclofosfamide, vincristine, prednison). Een standaard tweedelijnsbehandeling ontbreekt. Recent zijn in Duitsland 2 grote gerandomiseerde studies gedaan, waarbij in de eerste lijn R-bendamustine superieur bleek aan R-CHOP, en in de tweede lijn R-bendamustine superieur aan R-fludarabine. Daarnaast zijn veelbelovende resultaten bekend geworden van behandeling met rituximab in combinatie met het immuunmodulatoire middel lenalidomide. De HOVON110-ReBeL-studie is een fase I/II-studie. In het fase I-gedeelte wordt de haalbaarheid van de combinatie rituximab, bendamustine en lenalidomide op 4 dosisniveaus bestudeerd bij patiënten met recidief folliculair lymfoom. Op basis van toxiciteit wordt het optimale dosisniveau voor deze middelen bepaald. Vervolgens wordt een gerandomiseerd fase II-onderzoek uitgevoerd met in de ene groep rituximab en lenalidomide, en in de andere groep rituximab, bendamustine en lenalidomide. Beide (experimentele) groepen worden vervolgens ieder afzonderlijk beoordeeld op effectiviteit en toxiciteit, op basis waarvan de meest veelbelovende groep zal worden geselecteerd voor een hierop volgende fase III-studie.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2012;9:71–5)

Lees verder