Articles

Vaccinatie bij hematologische patiënten

NTVH - jaargang 20, nummer 6, september 2023

dr. A. Vollaard , dr. I.S. Nijhof , dr. B. Goorhuis , dr. A. Bruns , prof. dr. M. Hazenberg , namens de werkgroep ‘Vaccinatie bij hematologische aandoeningen’

SAMENVATTING

In maart 2023 is de multidisciplinaire LCI-handleiding ‘Vaccinatie bij hematologische aandoeningen’ verschenen. Deze handleiding geeft adviezen over optimale vaccintoediening bij de verschillende hematologische ziekten en bijbehorende behandelingen, en bij primaire immuundeficiënties. De handleiding is een naar de Nederlandse praktijk vertaalde uitwerking van de Europese richtlijnen. De focus ligt op vaccinatie van volwassenen, maar ook vaccinatie bij kinderen is uitgewerkt. COVID-19-vaccinatie wordt niet behandeld, aangezien deze adviezen zijn beschreven in de LCI-handleiding COVID-19-vaccinatie van immuungecompromitteerde patiënten. De handleiding geeft inzicht in hervaccinatie na verlies van preëxistente immuniteit, in vaccinatie tegen pathogenen die bij patiënten met een hematologische aandoening ernstige infecties kunnen veroorzaken, en geeft adviezen rond de toediening van additionele vaccinaties, zoals reizigersvaccinaties. Het geeft daarmee achtergrond en advies voor optimale en veilige toediening van vaccins in de spreekkamer van de hematoloog, kinderarts en huisarts, (reizigers)vaccinatiepolikliniek en consultatiebureau. Het is een startpunt voor de verantwoorde uitvoering van vaccinatie, waarbij de implementatie nu moet volgen. In het onderstaande overzicht wordt een samenvatting gegeven van deze nieuwe handleiding en wordt ingegaan op factoren van belang voor de uitvoering ervan.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2023;20:255–261)

Lees verder

COVID-19-vaccinatie bij immuungecompromitteerde patiënten met hematologische aandoeningen

NTVH - jaargang 19, nummer 5, juli 2022

drs. S. Haggenburg , drs. Q. Hofsink , dr. A. Broers , drs. J. van Doesum , dr. C. van Elssen , dr. R. van Binnendijk , dr. G. den Hartog , dr. J. Heijmans , drs. P. Mutsaers , dr. T. van Meerten , dr. S. Halkes , prof. dr. M. Heemskerk , dr. B. Goorhuis , dr. C. Rutten , prof. dr. M. Hazenberg , dr. I.S. Nijhof

SAMENVATTING

Patiënten met een hematologische aandoening hebben een verhoogd risico op een ernstig beloop van en overlijden aan een infectie met ‘severe acute respiratory syndrome coronavirus 2’ (SARS-CoV-2). Begin 2021 werden deze patiënten in Nederland daarom met voorrang gevaccineerd tegen SARS-CoV-2. Het was echter onduidelijk of SARS-CoV-2-vaccinaties bij deze patiënten bescherming zouden bieden tegen het ‘coronavirus disease 19’ (COVID-19), gezien de immuundeficiënties die worden veroorzaakt door hematologische aandoeningen of de behandeling ervan. Inmiddels hebben de meeste patiënten met een hematologische aandoening ten minste drie vaccinaties gekregen. Cohortstudies in binnen- en buitenland hebben laten zien dat een substantieel deel van de immuungecompromitteerde patiënten met een hematologische aandoening toch een antistofconcentratie boven de veronderstelde beschermingsgrens weet te bereiken na een basisschema van twee mRNA-vaccinaties. Een derde vaccinatie bracht bij het merendeel van de patiënten de antistofconcentraties zelfs tot een niveau vergelijkbaar met dat van gezonde volwassenen na twee vaccinaties. Het basisschema voor COVID-19-vaccinatie moet daarom voor patiënten met hematologische aandoeningen bestaan uit drie in plaats van twee mRNA-vaccinaties. Patiënten na allogene hematopoëtische stamceltransplantatie (HCT) en andere B-celgedepleteerde patiënten dienen gerevaccineerd te worden na voldoende herstel van het immuunsysteem. Het aantal doses en de exacte timing van revaccinatie moeten nog worden vastgesteld. De observaties dat redelijk tot goede antistofconcentraties worden bereikt bij patiënten met verlaagde B-celaantallen of andere immuundeficiënties (bijvoorbeeld als gevolg van ruxolitinib of ibrutinib) en het feit dat goede T-celimmuniteit wordt opgebouwd ook in afwezigheid van B-cellen, geeft aan dat SARS-CoV-2-vaccinaties niet moeten worden uitgesteld bij patiënten tijdens of kort na behandeling in verband met een hematologische aandoening.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2022;19:217–23)

Lees verder