NTVH - 2021, nummer 3, april 2021
drs. E.G.G.M. Rutten , A.V. de Jonge , dr. K.H. Lam , dr. A. Diepstra , dr. K. Hebeda , dr. R.E. Kibbelaar , prof. dr. L. Koens , dr. M. van den Brand , dr. P.M. Jansen , ing. N.J. Hijmering , ing. P. Stathi , dr. S. van der Velde , dr. M.S. Kartachova , drs. W.H.F. Huijgen , drs. L.H. Böhmer , prof. dr. M.J. Kersten , dr. P.J. Lugtenburg , dr. M. Nijland , dr. J.S. Vermaat , dr. M.E.D. Chamuleau , prof. dr. D. de Jong
Weefselonderzoek is vrijwel altijd noodzakelijk voor de diagnostiek en classificatie van maligne lymfomen. Hiervoor zijn verschillende verkrijgingstechnieken beschikbaar: cytologisch punctieonderzoek, dikkenaaldbiopten (DNB), incisiebiopten en gehele lymfeklierexcisies. Hoewel nationale en internationale richtlijnen de laatste twee methoden adviseren, is er veel discussie of dikkenaaldbiopten geschikt zijn voor lymfoomdiagnostiek. In dit ‘position paper’ bespreken we in hoeverre diagnostiek op basis van een DNB voldoende is voor de huidige en toekomstige eisen, wat de consequenties zijn voor wetenschappelijk onderzoek (aan de hand van de HOVON 900-registratiedatabase als voorbeeld) en welke verbeteringen mogelijk zijn.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2021;18:110-17)
Lees verderNTVH - 2021, nummer 2, march 2021
drs. A.M. Spanjaart , prof. dr. M.J. Kersten , prof. dr. M.C. Minnema , dr. M. Jak , dr. P.J. Lugtenburg , dr. P.G.N.J. Mutsaers , drs. J.A. van Doesum , dr. L. Groneck , dr. I.S. Nijhof , dr. M.W.M. van der Poel , dr. J.S. Vermaat , dr. S. van Dorp , dr. T. van Meerten
Anti-CD19-CAR-T-celbehandeling is een nieuwe innovatieve behandeling voor patiënten met een recidief of refractair diffuus grootcellig B-cellymfoom (DLBCL, waaronder ook hooggradig B-cellymfoom, getransformeerd folliculair lymfoom en primair mediastinaal B-cellymfoom). Sinds 1 mei 2020 wordt axicabtagene ciloleucel (axi-cel, Yescarta) volledig vergoed vanuit het basispakket en wordt deze behandeling gegeven in gekwalificeerde academische ziekenhuizen. Axi-cel is geregistreerd op basis van de ZUMA-1-studie, waarbij patiënten met een snel recidief of refractair DLBCL na minimaal twee eerdere lijnen systeemtherapie werden behandeld en de 2-jaars progressievrije overleving bijna 40% was. De productie van CAR-T-cellen is tijdrovend, logistiek complex en er is vaak een overbruggende therapie nodig tussen afname van de T-cellen en teruggave van de CAR-T-cellen. De bijwerkingen kunnen hevig zijn en dienen te worden opgevangen door een multidisciplinair team. Gezien de kostbaarheid en complexiteit van de behandeling en de wens doelmatige en effectieve zorg te leveren is een landelijke CAR-T-tumorboard opgericht. Hieraan nemen vertegenwoordigers van de CAR-T-behandelcentra deel en hierin worden alle verwezen patiënten besproken. In dit artikel wordt de werkwijze van de tumorboard beschreven, welke patiënten in aanmerking komen voor anti-CD19-CAR-T-celbehandeling en hoe patiënten kunnen worden verwezen. Tevens geven we een overzicht van de patiënten die sinds het voorjaar zijn verwezen voor behandeling met axi-cel en blikken vooruit op geplande studies.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2021;18:68-76)
Lees verderNTVH - 2020, nummer 1, february 2020
dr. M. Nijland , dr. P.J. Lugtenburg , dr. J.M. Zijlstra , prof. dr. M.J. Kersten , dr. M.E.D. Chamuleau
R-CHOP is sinds 2002 de standaard eerstelijnsbehandeling voor patiënten met een diffuus groot B-cellymfoom (DLBCL) en resulteert in een 3-jaarsoverleving van 60% voor patiënten met hoogrisicoziekte. Intensivering van het schema en de toevoeging van verschillende nieuwe middelen hebben de overleving van patiënten met DLBCL niet verbeterd. Consolidatiebehandeling met lenalidomide bij hoogrisico-DLBCL-patiënten verbeterde wel de progressievrije overleving, maar niet de overleving. Immuun-‘checkpoints’ zijn celoppervlakte-eiwitten, die de functie van T-cellen kunnen reguleren. Activatie van immuun-‘checkpoints’ door tumorcellen kan leiden tot suppressie en uitputting van T-cellen. ‘Checkpoint’-remmers, waaronder de PD1- en PDL1-antilichamen, kunnen T-cellen reactiveren. Bij solide maligniteiten hebben consolidatiestrategieën met ‘checkpoint’-remmers een significante reductie van de recidiefkans laten zien, met aanvaardbare toxiciteit. Bij sterk voorbehandelde patiënten met een agressief lymfoom gaf monotherapie met een ‘checkpoint’-remmer een algehele respons van 10–35%. De HOVON 151- en HOVON 152-onderzoeken zijn opgezet om het effect van consolidatie met respectievelijk atezolizumab (anti-PDL1) en nivolumab (anti-PD1) op de eradicatie van minimaal resterende ziekte bij hoogrisico-DLBCL (IPI-score >2) en dubbel- of triple-‘hit’-lymfomen te bestuderen.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2020;17:37–41)
Lees verderNTVH - 2019, nummer 2, march 2019
drs. V. Hoving , prof. dr. M.J. Kersten , prof. dr. M.C. Minnema , dr. P.C. de Bruin , dr. J.M.I. Vos
IgM-M-proteïne gerelateerde AL-amyloïdose is een zeldzame variant van AL-amyloïdose. Hoewel de presentatie lijkt op die van non-IgM-gerelateerde AL-amyloïdose zijn er enkele verschillen. Belangrijk is dat niet een multipel myeloom, maar vaak M. Waldenström of een ander indolent B-cellymfoom de onderliggende aandoening is. De prognose is desondanks gelijk aan die van non-IgM-gerelateerde AL-amyloïdose. Ook bij IgM-gerelateerde AL-amyloïdose is een diepe remissie geassocieerd met een langere overleving. Deze diepe remissies worden echter vaak niet bereikt. Door de zeldzaamheid van het ziektebeeld is er weinig bekend over de optimale behandeling. De klinische presentatie en afwegingen rondom de behandeling van IgM-gerelateerde AL-amyloïdose worden in dit artikel besproken.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2019;16:87–91)
Lees verderNTVH - 2018, nummer 4, june 2018
dr. S.H. Tonino , dr. M.J. Wondergem , drs. W. Stevens , dr. W. Deenik , drs. J.J. Wegman , prof. dr. M.J. Kersten
Recentelijk is de richtlijn ‘Folliculair lymfoom 2017’ geautoriseerd. Het folliculair lymfoom (FL) is een relatief zeldzame ziekte en de schaarste aan onderzoeksgegevens heeft ertoe geleid dat het beleid ten aanzien van diagnostiek en behandeling van het FL in Nederland per ziekenhuis kan verschillen. Deze richtlijn werd geïnitieerd vanuit de HOVON-lymfoomwerkgroep met als doel tot een meer uniform beleid in Nederland te komen met betrekking tot diagnostiek en behandeling van het FL. Bij het tot stand komen van de richtlijn zijn afgevaardigden van verschillende specialismen betrokken geweest. De meeste aanbevelingen zullen niet direct tot een belangrijke wijziging in de dagelijkse praktijk leiden. Wel wordt de plaats van enkele nieuwe, recent beschikbaar gekomen middelen in de behandeling gedefinieerd. Ook wordt de rol van de FDG-PET-scan in de diagnostiek en responsevaluatie bediscussieerd.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2018;15:167–76)
Lees verderNTVH - 2018, nummer 3, april 2018
prof. dr. S. Zweegman , dr. N.W.C.J. van de Donk , dr. M.D. Levin , prof. dr. G.M.J. Bos , dr. P.F. Ypma , dr. E. de Waal , prof. dr. M.J. Kersten , dr. S.A.J. Croockewit , dr. C.W. Choi , dr. S.K. Klein , dr. P.A. von dem Borne , dr. A. Broyl , dr. I.S. Nijhof , prof. dr. M.C. Minnema , prof. dr. P. Sonneveld
Recentelijk verscheen de richtlijn ‘Behandeling multipel myeloom 2018’. Hierna vindt u de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de richtlijn uit 2015. Deze betreffen de initiële behandeling van patiënten die in aanmerking komen voor een autologe stamceltransplantatie, de initiële behandeling van patiënten die niet in aanmerking komen voor een autologe stamceltransplantatie en de patiënten met een recidief van de ziekte. De wijzigingen zijn gebaseerd op nieuwe klinische gegevens die beschikbaar zijn gekomen uit gerandomiseerde fase 3-studies. De meest recente versie van de gehele richtlijn is te vinden op de websites van zowel de NVvH als HOVON. De richtlijn wordt per module aangepast. De verwachting is dat dit in de komende maanden reeds zal gebeuren, aangezien op korte termijn diverse behandelcombinaties worden geregistreerd en hopelijk ook beschikbaar zullen komen. Deze samenvatting betreft de patiënten die niet in studieverband kunnen worden behandeld. Te allen tijde geldt dat behandeling binnen studieverband de voorkeur verdient.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2018;15:108–14)
Lees verderNTVH - 2017, nummer 9, april 2017
prof. dr. M.J. Kersten
To provide the best experiences, we and our partners use technologies like cookies to store and/or access device information. Consenting to these technologies will allow us and our partners to process personal data such as browsing behavior or unique IDs on this site and show (non-) personalized ads. Not consenting or withdrawing consent, may adversely affect certain features and functions.
Click below to consent to the above or make granular choices. Your choices will be applied to this site only. You can change your settings at any time, including withdrawing your consent, by using the toggles on the Cookie Policy, or by clicking on the manage consent button at the bottom of the screen.