Articles

Achtergronden bij de richtlijn voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie anno 2018 Deel 2: Het belang van responsmijlpalen, monitoring en mutaties en de behandeling van gevorderde CML-fasen

NTVH - 2018, nummer 6, september 2018

dr. J.J.W.M. Janssen , dr. P.A.W. te Boekhorst , dr. W.E.F.M. Posthuma , dr. S.K. Klein , dr. M. Hoogendoorn , drs. T.T. de Waal , prof. dr. J.H.F. Falkenburg , prof. dr. B.J. Biemond , dr. B. van der Reijden , prof. dr. G.M.J. Bos , dr. E.J. Petersen , prof. dr. N.M.A. Blijlevens , dr. W.M. Smit , prof. dr. G.E.G. Verhoef , prof. dr. E. Vellenga , dr. N. Thielen , prof. dr. J.J. Cornelissen , prof. dr. G.J. Ossenkoppele , dr. P.E. Westerweel

samenvatting

Dit artikel is het tweede uit een serie van drie die achtergronden beschrijven van de recent gepubliceerde richtlijnen voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie. In dit artikel worden achtereenvolgens het belang van responsmijlpalen en -monitoring, de relevantie van mutaties en het management ervan en de behandeling van acceleratiefase en blastencrisis besproken.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2018;15:276–84)

Lees verder

Achtergronden bij de richtlijn voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie anno 2018

NTVH - 2018, nummer 5, july 2018

dr. J.J.W.M. Janssen , dr. P.A.W. te Boekhorst , dr. W.E.F.M. Posthuma , dr. S.K. Klein , dr. M. Hoogendoorn , drs. T.T. de Waal , prof. dr. J.H.F. Falkenburg , prof. dr. B.J. Biemond , dr. B. van der Reijden , prof. dr. G.M.J. Bos , dr. E.J. Petersen , prof. dr. N.M.A. Blijlevens , dr. W.M. Smit , prof. dr. G.E.G. Verhoef , prof. dr. E. Vellenga , dr. N. Thielen , prof. dr. J.J. Cornelissen , prof. dr. G.J. Ossenkoppele , dr. P.E. Westerweel

SAMENVATTING

Dit artikel is de eerste uit een serie van drie artikelen die de achtergronden beschrijven van de recent gepubliceerde richtlijnen voor de behandeling van chronische myeloide leukemie. In dit artikel worden de meest recente ontwikkelingen rond de behandeling van chronische myeloide leukemie besproken en worden nieuwe gegevens betreffende effectiviteit en bijwerkingen van de verschillende tyrosinekinaseremmers samengevat.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2018;15:218–228)

Lees verder

Genetische veranderingen bij chronische myeloïde leukemie met t(9;22)(q34;q11)/BCR-ABL1: achtergronden en klinische consequenties

NTVH - 2017, nummer 4, june 2017

drs. I.G.P. Geelen , prof. dr. P.J.M. Valk , dr. H.B. Beverloo , dr. J.J.W.M. Janssen , prof. dr. J.J. Cornelissen , dr. P.E. Westerweel

Samenvatting

Genomische instabiliteit is een belangrijk onderliggend pathofysiologisch mechanisme bij chronische myeloïde leukemie (CML). Het leidt tot de vorming van het Philadelphia-chromosoom (Ph, t(9;22)(q34; q11)/BCR-ABL1) met verschillende breukpunten en variant translocaties, maar ook additionele chromosomale afwijkingen en mutaties in of buiten het BCR-ABL1-kinasedomein. Begrip van de diversiteit aan mogelijke chromosomale en moleculaire manifestaties bij CML is van belang voor de clinicus.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2017;14:162–70)

Lees verder

CMyLife: een eerste inzicht in kwaliteit van leven en verbetermogelijkheden bij CML-patiënten voorafgaand aan gebruik van CMyLife

NTVH - 2017, nummer 4, june 2017

drs. K.A.E. Braspenning , dr. R.P.M.G. Hermens , M. Nowee , dr. J.J.W.M. Janssen , dr. P.E. Westerweel , prof. dr. N.M.A. Blijlevens

Samenvatting

CMyLife is een web-based platform opgezet voor samenwerking tussen patiënten, naasten, huisartsen, medisch specialisten en laboratoria, met als doel de zorg voor patiënten met chronische myeloïde leukemie (CML) meer persoonsgericht te maken. Een voor- en nameting is opgezet om na te gaan wat de toegevoegde waarde van het platform is. De eerste resultaten van de voormeting bij 72 patiënten geven inzicht in kwaliteit van leven en aangrijpingspunten voor verbetering door CMyLife. Patiënten hebben veel spier- en gewrichtsproblemen en melden in grote mate afwezigheid van informatie rondom de effecten van de behandeling op het sociale, gezins- en seksueel leven, verwijzing naar patiëntenorganisaties en andere revalidatie- en begeleidingsmogelijkheden. Ruim een derde van de respondenten gelooft niet in een eigen rol bij het behandelen van CML of heeft geen vertrouwen of kennis om actie te ondernemen. Respondenten blijken over voldoende vaardigheden te beschikken om nuttige gezondheidsinformatie te vinden op het internet. De vaardigheid om deze informatie te interpreteren kan daarentegen nog worden verbeterd.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2017;14:183–9)

Lees verder

Validatie van ‘EUTOS long-term survival score’ (ELTS) bij chronische myeloïde leukemie

NTVH - 2017, nummer 9, april 2017

dr. P.E. Westerweel , drs. I.G.P. Geelen

Lees verder

HOVON142: behandelingsvrije remissie bij patiënten met chronische myeloïde leukemie: een prospectieve studie naar nilotinib versus imatinib met een laagdrempelige overzetting naar nilotinib bij suboptimale respons

NTVH - 2017, nummer 2, march 2017

dr. P.E. Westerweel , dr. J.J.W.M. Janssen

SAMENVATTING

De HOVON142-studie is een prospectieve gerandomiseerde studie voor patiënten met nieuw gediagnosticeerde chronische myeloïde leukemie (CML). In de studie worden twee behandelstrategieën vergeleken: A) initiële behandeling met de eerstegeneratie-tyrosinekinaseremmer (TKI) imatinib en een laagdrempelige overzetting naar nilotinib in geval van een suboptimale behandelrespons versus B) initiële behandeling met tweedegeneratie-TKI nilotinib. De samengestelde primaire eindpunten van de studie zijn het bereiken van een diepe moleculaire remissie (MR4.5) na 24 maanden en het bereiken van succesvolle behandelingsvrije remissie na vijf jaar. De studie wordt in samenwerking met de Italiaanse GIMEMA uitgevoerd en zal in het eerste kwartaal van 2017 in diverse geselecteerde HOVON-centra in Nederland en België van start gaan.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2017;14:90–2)

Lees verder

Een patiënt met chronische myeloïde leukemie presenterend in gevorderd ziektestadium met diverse klinische, cytogenetische en moleculaire epifenomenen

NTVH - 2016, nummer 4, june 2016

drs. I.G.P. Geelen , prof. dr. J.J. Cornelissen , dr. P.A.W. te Boekhorst , drs. S.A.S. van der Bent , prof. dr. P.J.M. Valk , dr. H.B. Beverloo , drs. L. Makkus , dr. P.E. Westerweel

Samenvatting

Deze casus betreft een 54-jarige man met B-symptomen, opvallende huidafwijkingen en een leukocytose met 23% basofielen en myeloïde voorlopers, waaronder 21% blasten. De diagnose chronische myeloïde leukemie (CML) in blastenfase werd gesteld. Hierbij was sprake van een leukemische huidinfiltratie, ‘major route’ additionele cytogenetische afwijkingen in verschillende subklonen, EVI1 overexpressie en een mutatie in RUNX1. Met tyrosinekinaseremmer-monotherapie werd een snelle en diepe remissie geïnduceerd, waarna de patiënt een allogene stamceltransplantatie kon ondergaan. In dit artikel bespreken wij de betekenis van de genoemde epifenomenen bij CML in gevorderd ziektestadium en therapeutische overwegingen.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2016;13:143–8)

Lees verder