Articles

Immunisatie tegen glycoproteïne IV (CD36) met de vraag naar compatibele trombocytenconcentraten: drie casussen

NTVH - jaargang 21, nummer 8, december 2024

dr. L.E.M. Vriend , dr. R. Vicente-Steijn , dr. Y.W. van den Berg , dr. J. Akkermans , drs. C.M. Canté , dr. J. Slomp , dr. M.W. Tang , dr. O. Visser , dr. A. Gerrits , dr. E.J.T. Verweij , prof. dr. J.J. Zwaginga , prof. dr. M. de Haas , drs. L. Porcelijn

SAMENVATTING

Allo-antistoffen tegen glycoproteïne IV (GPIV) zijn zeldzaam, maar kunnen worden gevormd door GPIV-deficiënte personen na een zwangerschap of transfusie. Deze antistoffen kunnen leiden tot ernstige complicaties bij de neonaat/pasgeborene en bij transfusie-afhankelijke GPIV-deficiënte patiënten. Dit artikel beschrijft drie recente casussen waarbij GPIV-antistoffen werden gevonden en de behoefte ontstond voor GPIV-gematchte bloedproducten. Het brengt de uitdagingen aan het licht rondom de transfusieondersteuning van GPIV-deficiënte patiënten en daarmee de noodzaak voor een bestand met GPIV-deficiënte donoren in Nederland.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2024;21:391–6)

Lees verder

Beter en sneller onderscheid tussen het ‘pluis/niet-pluisgevoel’ bij microscopische differentiatie van het lymfoïde bloedbeeld

NTVH - jaargang 19, nummer 8, december 2022

drs. Z. Osmani MSc , dr. S. Duim , dr. R. Vicente-Steijn , J. Winkel BSc , dr. G. Ponjee

SAMENVATTING

Hoewel chronische lymfoproliferatieve aandoeningen kunnen worden waargenomen in het perifeer bloed door een volledig bloedbeeld en microscopische differentiatie, kan het vooralsnog lastig zijn afwijkende lymfocyten visueel te beoordelen. Flowcytometrische immuunfenotypering biedt binnen een dag uitsluitsel of een afwijkende lymfocytenpopulatie reactief of maligne is. Er is een stroomschema ontwikkeld voor kritische selectie van patiënten met (persisterende) lymfocytose voor flowcytometrische immuunfenotypering. Een selectie gebaseerd op hemocytometrische parameters, hematomorfologische en flowcytometrische criteria. Retrospectief onderzoek heeft de effectiviteit van het stroomschema in het opsporen van lymfoproliferatieve aandoeningen bij onbekende, met name huisartspatiënten, aangetoond. Hiervoor zijn 1.608 patiënten geïncludeerd, waarbij 21 patiënten werden geselecteerd voor flowcytometrische immuunfenotypering. Bij 17 patiënten werd een monoklonale B-celpopulatie gevonden in het perifeer bloed (positiefvoorspellende waarde van het stroomschema = 81%). Bij controle na zes maanden in het elektronisch patiëntendossier (EPD) van de overige 1.587 niet-geselecteerde patiënten bleek slechts één patiënt een lymfoproliferatieve maligniteit te hebben ontwikkeld (negatief-voorspellende waarde van het stroomschema = 99,9%). Dit onderzoek toont aan dat het stroomschema kan bijdragen aan vroege en snelle detectie van patiënten met een chronische lymfoproliferatieve aandoening. Hiermee is dit stroomschema van toegevoegde waarde voor de kliniek en de huisarts.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2022;19:366–71)

Lees verder