Articles

Cryptosporidiuminfectie en graft-versus-hostziekte na een allogene hematopoëtische stamceltransplantatie

NTVH - 2016, nummer 6, september 2016

drs. R.B. Fiets , prof. dr. J.H.J.M. van Krieken , prof. dr. P. Verweij , dr. B.M.A.M. Bär , dr. F. Voogd , dr. W.J.F.M. van der Velden

Samenvatting

Diarree is een veelvoorkomende complicatie na een allogene hematopoëtische stamceltransplantatie en heeft als meest voorkomende oorzaken darminfecties en acute graft-versus-hostziekte (GvHD). Omdat de klinische beelden niet te onderscheiden zijn, is histopathologisch onderzoek van essentieel belang, met name ter uitsluiting van GvHD. In deze casus beschrijven we 2 patiënten bij wie GvHD van de darm de oorzaak van de diarree bleek, maar tegelijkertijd ook sprake was van een infectie met de darmparasiet cryptosporidium. Aangezien de behandeling van beide ziekten significant verschilt met tevens dilemma’s ten aanzien van het doseren van de immuunsuppressieve therapie, verlagen of verhogen, is kennis van en het onderscheid tussen beide ziektebeelden van wezenlijk belang. Bij gelijktijdig voorkomen adviseren we het behandelen van de GvHD met immuunsuppresiva te combineren met behandeling van cryptosporidium met paromomycine 3 dd 500 mg gedurende 1 week.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2016;13:237–43)

Lees verder

Pneumocystis jiroveci-infectie tijdens behandeling met ruxolitinib voor primaire myelofibrose

NTVH - 2015, nummer 6, september 2015

drs. J.E.W. Walraven , prof. dr. P. Verweij , dr. W.J.F.M. van der Velden

Samenvatting

Patiënten met primaire myelofibrose worden steeds vaker behandeld met JAK2-remmers zoals ruxolitinib. Gebruik van ruxolitinib kan invloed hebben op de cellulaire immuniteit. Wij beschrijven een casus van een 63-jarige man die tijdens behandeling met ruxolitinib een pneumocystis jiroveci-pneumonie ontwikkelde.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2015;12:233-6)

Lees verder