NTVH - jaargang 21, nummer 8, december 2024
dr. W.B.C. Stevens , dr. R.E. Brouwer , dr. G.N.Y. van Gorkom , dr. T.J.F. Snijders , dr. W. Deenik , dr. M.J. Wondergem , dr. J.S.P. Vermaat , dr. F.O.B. Spoelstra , dr. E.C.J. Phernambucq , dr. R.S. van Rijn , dr. C. Mitea , dr. A. Diepstra , prof. dr. M.J. Kersten , dr. S.H. Tonino
Folliculair lymfoom (FL) is een veelvoorkomende vorm van non-hodgkin-lymfoom met een stijgende incidentie. De diagnostiek- en behandelrichtlijn voor FL, geïnitieerd vanuit de HOVON-lymfoomwerkgroep in samenwerking met afgevaardigden van verschillende specialismen en de patiëntenvereniging (Hematon), is recentelijk geactualiseerd. Dit is gedaan naar aanleiding van: 1) veranderingen in de nieuwe WHO-classificatie die FL nu onderverdeelt in vier subcategorieën, 2) het feit dat rituximab-lenalidomide wordt erkend als een gelijkwaardige behandeling naast be-staande schema’s zoals R-CVP, R-CHOP en R-bendamustine in de eerste lijn, en 3) de opkomst van nieuwe veelbelovende therapieën zoals CAR-T-celtherapie en bispecifieke antistoffen in klinische ontwikkeling. Deze laatste behandelingen vereisen gespecialiseerde zorg en worden momenteel voornamelijk nog in studieverband of op ‘compassionate use’-basis toegepast. De vooruitzichten van FL-patiënten zullen naar verwachting verbeteren door de beschikbaarheid van geavanceerde immuuntherapieën, maar vooralsnog zijn er beperkingen in vergoeding en ontbreken van langetermijngegevens.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2024;21:357–61)
Lees verderNTVH - jaargang 21, nummer 6, september 2024
dr. L.F.D. van Vulpen , dr. I.C.L. Kremer Hovinga , dr. F.C.J.I. Heubel-Moenen , prof. dr. F.W.G. Leebeek , prof. dr. H.C.J. Eikenboom
Onlangs is de Nederlandse richtlijn voor diagnostiek en behandeling van de ziekte van Von Willebrand uit-gebracht. Waar dit voorheen een onderdeel was van de richtlijn ‘Diagnostiek en behandeling van hemofilie en aanverwante hemostasestoornissen’, is hiervoor nu een separate richtlijn opgesteld om recht te doen aan alle facetten van de diagnostiek en behandeling van de meest voorkomende erfelijke bloedingsziekte. De richtlijn is te vinden op de website van de Nederlandse Vereniging voor Hematologie (https://hematologienederland.nl). In dit artikel wordt een toelichting gegeven op deze richtlijn en worden de belangrijkste aanpassingen voor de praktijk besproken.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2024;21:253–7)
Lees verderNTVH - jaargang 21, nummer 4, juni 2024
drs. F. Smits , dr. F.S. Kleijwegt , drs. B. van der Zouwen , dr. J.L.H. Kerkhoffs , dr. Y. Sandberg , dr. J. Doorduijn , dr. K. de Heer , prof. dr. A.P. Kater , dr. S. Kersting
‘Adult’-T-celleukemie/lymfoom (ATLL) is een agressieve maar zeldzame T-celmaligniteit die zowel een leukemie als een lymfoom kan veroorzaken. De ziekte wordt gekenmerkt door uitgebreide lymfadenopathie, ernstige hypercalciëmie en betrokkenheid van perifeer bloed. Vanwege de zeldzaamheid van de ziekte en nationale verschillen tussen beschikbaarheid van sommige middelen (zidovudine en mogamulizumab) bestaat er geen internationale consensus voor de behandeling van ATLL. Door middel van systematische literatuuranalyse zetten we de voor de Nederlandse situatie geschikte diagnostiek en behandeling op een rij. Dit is een ‘evidence-based’ benadering voor de behandeling van de verschillende subtypen alsook achtergrondinformatie ter ondersteuning van het management van dit complexe en agressieve ziektebeeld.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2024;21:164–70)
Lees verderNTVH - jaargang 21, nummer 2, maart 2024
dr. S.E.M. Schols , prof. dr. B.J. Biemond , dr. H. Heijboer , dr. J.L.H. Kerkhoffs , dr. A. Mäkelburg , drs. E. Rettenbacher , dr. A.W. Rijneveld , F. Smiers
Recentelijk is de Nederlandse richtlijn voor diagnostiek en behandeling van thalassemie verschenen. Deze richtlijn is beschikbaar op de website van de Nederlandse Vereniging voor Hematologie. In dit overzichtsartikel wordt een beknopte samenvatting gegeven van de gepubliceerde richtlijn en wordt bij enkele onderwerpen aanvullende uitleg gegeven.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2024;21:48–55)
Lees verderNTVH - jaargang 20, nummer 6, september 2023
dr. A. Vollaard , dr. I.S. Nijhof , dr. B. Goorhuis , dr. A. Bruns , prof. dr. M. Hazenberg , namens de werkgroep ‘Vaccinatie bij hematologische aandoeningen’
In maart 2023 is de multidisciplinaire LCI-handleiding ‘Vaccinatie bij hematologische aandoeningen’ verschenen. Deze handleiding geeft adviezen over optimale vaccintoediening bij de verschillende hematologische ziekten en bijbehorende behandelingen, en bij primaire immuundeficiënties. De handleiding is een naar de Nederlandse praktijk vertaalde uitwerking van de Europese richtlijnen. De focus ligt op vaccinatie van volwassenen, maar ook vaccinatie bij kinderen is uitgewerkt. COVID-19-vaccinatie wordt niet behandeld, aangezien deze adviezen zijn beschreven in de LCI-handleiding COVID-19-vaccinatie van immuungecompromitteerde patiënten. De handleiding geeft inzicht in hervaccinatie na verlies van preëxistente immuniteit, in vaccinatie tegen pathogenen die bij patiënten met een hematologische aandoening ernstige infecties kunnen veroorzaken, en geeft adviezen rond de toediening van additionele vaccinaties, zoals reizigersvaccinaties. Het geeft daarmee achtergrond en advies voor optimale en veilige toediening van vaccins in de spreekkamer van de hematoloog, kinderarts en huisarts, (reizigers)vaccinatiepolikliniek en consultatiebureau. Het is een startpunt voor de verantwoorde uitvoering van vaccinatie, waarbij de implementatie nu moet volgen. In het onderstaande overzicht wordt een samenvatting gegeven van deze nieuwe handleiding en wordt ingegaan op factoren van belang voor de uitvoering ervan.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2023;20:255–261)
Lees verderNTVH - jaargang 20, nummer 5, juli 2023
dr. M. van Gelder , dr. M. Nijziel , dr. M. Hoogendoorn , dr. H. Visser , ing. E. Out , dr. M. van der Maarschalkerweerd , drs. L. van der Straten , dr. M. Bellido , dr. J. Doorduijn , dr. K. de Heer , dr. S. Kersting , dr. M. van der Klift , dr. E. Posthuma , dr. E. van der Spek , dr. H. van der Straaten , dr. R. Mous , dr. M.D. Levin , prof. dr. A.P. Kater , dr. D. te Raa , de volledige richtlijncommissie van de HOVON-CLL-werkgroep
Met de komst van BTK- en BCL2-remmers (BTKi en BCL2i) zijn er nu verschillende eerstelijnsbehandelmogelijkheden voor patiënten met chronische lymfatische leukemie (CLL) zonder TP53-mutatie of -deletie. In de ons omringende landen heeft eerstelijnsbehandeling met de BCL2i venetoclax als 12 maanden durende therapie in combinatie met obinutuzumab (VenO) of met een BTKi tot aan progressie of intolerantie de voorkeur, vanwege vermeende betere uitkomsten ten opzichte van chemo-immuuntherapie (CIT). Die superioriteit betreft vooral een langere progressievrije overleving (PFS), terwijl ook de toxiciteit lager zou zijn. In Nederland vinden we dat het toepassen van nieuwe middelen in eerste lijn nuancering behoeft, met name ten aanzien van de interpretatie van de studie-uitkomsten in patiëntperspectief. Voor patiënten wegen de volgende factoren zwaar: 1) zo lang mogelijk leven met zo min mogelijk hinder van ziekte en behandeling en 2) zekerheid over effectieve vervolgbehandelingen bij ziekteprogressie. Een langere PFS na eerste lijn komt niet per definitie tegemoet aan deze patiëntperspectieven. Ook blijkt er geen verschil in incidentie van ernstige bijwerkingen tussen behandeling met CIT of de BTKi ibrutinib of VenO behoudens een geringe hogere incidentie van infecties en MDS/AML met fludarabine-cyclofosfamide-rituximab (FCR). Tot op heden is het effect op de uiteindelijke levensverwachting van het overslaan van CIT in de eerste lijn onzeker, wegens het ontbreken van lange follow-upgegevens van studies waarbij met nieuwe middelen werd gestart, terwijl hierover wel kennis is na eerstelijns-CIT. Concluderend stellen we dat het goed nieuws is voor CLL-patiënten dat hun behandelmogelijkheden met de komst van BTKi en BCL2i zijn uitgebreid, maar dat de meerwaarde van deze nieuwe middelen in de eerste lijn op dit moment onvoldoende vaststaat.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2023;20:195–207)
Lees verderNTVH - jaargang 20, nummer 3, april 2023
dr. C.L. Harteveld , ir. H.A. Hendriks , dr. G. Ponjee , dr. J. Slomp
Recentelijk werd de eerste Nederlandse Aanbeveling Hemoglobinopathie Laboratoriumdiagnostiek opgesteld door de leden van de werkgroep benigne hematologie van de Vereniging Hematologische Laboratoria. Deze aanbeveling ten behoeve van laboratoriumdiagnostiek naar hemoglobinopathie in de context van de Nederlandse situatie is gebaseerd op de ‘Recommendation’ gepubliceerd door een internationale werkgroep van experts op initiatief van de ‘European Molecular Genetics Quality Network’ (EMQN). De tekst van deze toelichting maakt geen deel uit van de aanbeveling. De leden van de Vereniging voor Hematologische Laboratoriadiagnostiek (VHL) hebben de Aanbeveling gelezen en zijn hiermee akkoord (zie link naar Aanbeveling: https://www.de-vhl.nl/upload/protocollen/hematologie/20221208_HbPaanbeveling_VHL.pdf).
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2023;20:92–9)
Lees verder