SAMENVATTING

Sinds kort is het in Nederland mogelijk om patiënten met een mediastinaal (non-)hodgkinlymfoom te bestralen met protonen. De gunstige fysische eigenschappen van protonen ten opzichte van de standaard fotonentherapie maken het mogelijk om omliggende gezonde weefsels beter te sparen, waardoor de kans op radiatieschade en -toxiciteit lager wordt. Op de lange termijn betreft dit met name cardiale toxiciteit zoals een coronaire hartziekte, hartfalen of kleplijden en secundaire tumorinductie. Patiënten kunnen vanuit iedere radiotherapie-instelling in Nederland worden verwezen voor bestraling met protonen in één van drie Nederlandse protonentherapiecentra. Selectie voor protonentherapie vindt plaats op basis van een planvergelijking tussen protonen en fotonen, waarbij de berekende dosisreductie in risico-organen zodanig moet zijn dat er een klinisch relevante afname van langetermijncomplicaties kan worden verwacht.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2021;18:252-8)