Wereld Trombose Dag staat voor de deur, 13 oktober. En dit jaar lijkt er meer aandacht voor trombose te zijn dan ooit, aangewakkerd door de coronapandemie en de onrust die er in het voorjaar bestond over bijwerkingen van bepaalde vaccins. De Trombosestichting Nederland start rond deze tijd een voorlichtingscampagne om mensen te informeren over trombose en de gevaren ervan.
Trombose komt veel voor in ons land: elk uur worden 11 mensen in Nederland getroffen door een bloedstolsel, en 1 op de 4 mensen overlijdt aan de directe of indirecte gevolgen ervan. Trombose komt veel voor bij patiënten op de intensive care. Naar schatting krijgt de helft van de patiënten met trombose te maken met een bloedstolsel. Wanneer zo’n stolsel zich voordoet in een ader spreken we van veneuze of diep-veneuze trombose, zoals bij een trombosebeen of longembolie. Bij een stolsel in een slagader spreken we van arteriële trombose. Dit kan een hart- of herseninfarct veroorzaken.
Trombose kan overal in het lichaam optreden en dus ook verschillende symptomen en gevolgen hebben. Als een trombosebeen onbehandeld blijft, kan het leiden tot bijvoorbeeld een longembolie doordat het bloedstolsel afbreekt en zich verder het lichaam in verplaatst. Bij 20% tot 50% van de trombosepatiënten kan het zorgen voor chronische vermoedheids- en pijnklachten, het zogenaamde posttrombotisch syndroom. Trombose kan ook levensbedreigend zijn. Een stolsel in een slagader kan namelijk voor gevaarlijk zuurstoftekort zorgen in organen. In sommige gevallen kan een trombose zelfs de dood als gevolg hebben. Snelle herkenning is daarom ook van levensbelang.
De behandeling van trombose bestaat al decennialang grotendeels uit antistollingsmiddelen, vaak ook bloedverdunners genoemd. Vroeger werden mensen met trombose veelal behandeld met zogenaamde vitamine K-remmers. Voor de juiste dosering van dit medicijn moesten patiënten onder controle van de trombosedienst zijn.
Sinds ongeveer 10 jaar zijn er echter DOAC’s (Directe Orale Anticoagulantia) op de markt. Deze medicijnen hebben een veel groter gebruiksgemak, en kunnen ook door huisartsen worden voorgeschreven. Het merendeel van de trombosepatiënten kon overstappen op dit nieuwe antistollingsmiddel, waardoor ze niet meer afhankelijk waren van de trombosedienst.
Tegenwoordig gebruiken ongeveer 500.000 mensen in Nederland antistollingsmiddelen, naar aanleiding van (een verhoogd risico op) trombose. Dr. Michiel Coppens, internist aan het Amsterdam UMC: “We mogen verwachten dat we in de toekomst een verdere afname gaan zien van het aantal gebruikers van vitamine K-remmers, en een toename van DOAC-gebruikers.”
Dit brengt wel uitdagingen met zich mee. Coppens: “Er blijft altijd een groep patiënten, zo’n 10 tot 20%, die geen DOAC’s mag gebruiken. Daarnaast is de vraag waar DOAC-gebruikers met hun vragen over antistollingsmiddelen terecht kunnen, als zij niet onder behandeling van de trombosedienst zijn.”
In het begin van de corona pandemie bleek dat 49% van de coronapatiënten op de intensive care trombose kreeg. De Dutch Covid & Thrombosis Coalition (DCTC), een initiatief van de Trombosestichting, verenigt wetenschappers van alle grote Nederlandse ziekenhuizen om de relatie tussen corona en trombose te onderzoeken. En begin 2021 bleken de coronavaccins van AstraZeneca en Janssen in een zeldzaam geval een heftige immuunreactie te veroorzaken. Dit leidde weer tot een zeldzame, maar ernstige vorm van trombose gepaard met een laag aantal bloedplaatjes. Dit veroorzaakte veneuze trombose in specifieke plekken van het lichaam, zoals de buik of de hersenen. In enkele gevallen had dit de dood tot gevolg, en dat zorgde voor veel onrust.
Wetenschappelijk onderzoek is nodig voor een beter begrip van trombose, het ontwikkelen van een betere trombosezorg en nieuwe antistollingsmiddelen zonder bloedingsrisico. Dankzij steun van donateurs kan de Trombosestichting onderzoeksprojecten financieren. Zo kan bijvoorbeeld prof. dr. Leon Schurgers een onderzoeksmethode ontwikkelen die de deur kan openen voor het sneller en beter ontwikkelen van nieuwe antistollingsmiddelen. Ook dr. Rory Koenen kan door financiering van de Trombosestichting met zijn team zoeken naar een methode om trombose te voorkomen zonder een risico op bloedingen bij het gebruik van antistollingsmiddelen.
Meer informatie